Plaswekkertraining

De plaswekkertraining heeft als doel de wekbaarheidsdrempel te beïnvloeden bij kinderen. Van zodra een paar druppels urine in het broekje terecht komen, gaat de wekker af.

Laatst gewijzigd op
dinsdag, 1 juni 2021

Maak een afspraak

Via het secretariaat kindergeneeskunde of urologie

Verloop

De plaswekkertraining loopt in verschillende stappen. Een kinesist gespecialiseerd in de bekkenbodem volgt de training mee op. 

  1. Intensieve nacht(en): leren wakker worden door de plaswekker. Gedurende 2 nachten (of meer indien nodig) wek je zelf actief je kind om de 2 uur door de plaswekker te doen afgaan. Het kind moet zelf opstaan, het alarm afzetten en de bekkenbodemspieroefeningen uitvoeren die een kinesist aanleerde. Als het kind wakker wordt door de plaswekker start de echte training. 
  2. Als een druppeltje urine in het inlegkruisje van de plaswekker komt, gaat het alarm af. Het kind zet het alarm af, voert de bekkenbodemspieroefeningen uit, gaat plassen, connecteert de plaswekker terug zoals het hoort en gaat opnieuw slapen. 
  3. Het is de bedoeling dat het kind uiteindelijk zo wordt geconditioneerd dat het in zijn slaap op voorhand de blaasactiviteit voelt aankomen, in een iets oppervlakkiger slaap terechtkomt, bekkenbodemspieroefeningen uitvoert om blaasactiviteit tegen te houden en verder in zijn diepe slaap doorslaapt. 

Voor een goed resultaat met de plaswekker moet de blaas voldoende groot zijn om de urineproductie ‘s nachts te kunnen bevatten.

Bijhouden plasgegevens 

Tijdens de training noteer je dag na dag de volgende gegevens: 

  • Droog zonder opstaan en zonder alarm 
  • Droog met opstaan en zonder alarm 
  • Opstaan na alarm, bed droog (enkel drupje in inlegkruisje) 
  • Nat 
  • Na een droge nacht zonder opstaan noteer je het ochtendplasvolume. 

Opvolging

Je gaat op controle bij de behandelende arts na (minimum) 14 dagen plaswekkertraining. Als het kind 14 dagen droog is zonder alarm mag de plaswekker 14 dagen in de kast waarna je de wekker terugbezorgt.